Dagboek van week 30
Wat vooraf ging.
Afgelopen week zijn we weer naar Schiermonnikoog geweest alwaar we het gebruikelijke voorbereidende werk voor het naderende herfstseizoen hebben uitgevoerd. Kortom: maaien, snoeien, harken en zand kruien om uitgelopen plekken in het pad weer op te vullen. Dat laatste slaagde niet echt zo heel goed, want door de lang aanhoudende droogte op het eiland leek het zand wel stof en dat pakt niet echt goed op de paden. Ik vergeet nog het traditionele dazenmeppen, een gebruikelijk uitvloeisel van voornoemde activiteiten.
We hadden een prachtige week met fabuleus weer. Gelukkig iets minder warm dan aan de vaste wal (max. 26-28 graden) doordat er de meeste dagen best wel veel wind stond, maar het was toch echt jaren geleden dat we echt zomerweer hadden in de opbouwweek.
Dinsdag, 23 juli 2013
We zijn begonnen.
De CES-dag voor de elfde periode. Afgelopen dagen is het hele terrein nog een keer gemaaid, nu ook de plekken waar het hele seizoen nog geen netten hebben gestaan en zijn overhangende braamtakken, wilgenscheuten en naar het licht gegroeide elzentakken geknipt. Daarna hebben we voor het plaatsen van de netten eerst de materialen voor de rallenkooien het gebied ingereden met de kruiwagen. Vervolgens de CES-netten geplaatst en vanmorgen om vijf uur begonnen met vangen. Het glop is gortdroog en dientengevolge flink volgegroeid met grassen op plaatsen waar in een natter broedseizoen water staat.
In de centrale sloot die door het terrein loopt zijn de laatste stekelbaarsjes aan het vechten om het laatste water en gedurende de dag vangen we af en toe geelgerande watertorren in de netten. Een teken dat het oppervlaktewater nu toch echt overal aan het verdwijnen is.
Al in zowel de eerste als de tweede ronde hangen er een paar donsveertjes van een buizerd en een sperwer in de netten en gedurende de gehele verdere dag wordt regelmatig een overvliegende sperwer gezien die continu en zeer fanatiek wordt nagezeten door groepen boeren- en huiszwaluwen. Het kleine beetje resterende water in de sloot zorgt er, in combinatie met de snel stijgende temperaturen, voor dat ook meteen vanaf het begin vogels in de netten bij de sloot hangen. Vooral pimpels bezoeken deze plekjes in kleine groepjes, zoals te verwachten vooral juveniele vogels. Opvallend is de afwezigheid van jonge koolmezen, daar vangen we er slechts één van.
Omdat we nog druk genoeg zijn met het resterende werk besluiten we om de rest van de dag na de CES-periode gewoon door te vangen met de CES-netten en in de tussentijd zoveel mogelijk van de resterende netten op te zetten. Deze blijven vandaag nog wel gesloten. We eindigen 's avonds met meer dan honderd vogels. Voor de zes uren CES-tijd is dat ruim minder dan in CES-periode 10, maar het is dan ook een tropische dag geworden met volop zonneschijn, hoge temperaturen en een doorstaande oostenwind van 4 bft, heel andere omstandigheden dan de vorige periode.
Henri Bouwmeester en Hanneke Huiskamp
Woensdag 24 juli 2013
We hebben al veel uilen gevangen...
...maar dan niet in de netten maar op het laken. Het waren de afgelopen dagen perfecte nachten om te nachtvlinderen. De lijst met soorten is al flink gegroeid tot 32 met zekerheid op naam gebrachte soorten waarbij dus vooral uilen.
De eerste echte officiële najaarsvangdag. Al zou je dat qua weer nog niet zeggen. Nou ja, we hebben na drie dagen op rij met heerlijk zomerweer (temperaturen zo rond de 26 graden) afgelopen nacht toch wel een weersomslag meegemaakt. Het eerste rondje wordt vanmorgen gelopen met zwaar bewolkt weer en totale windstilte. Ideale vangomstandigheden. De eerste ronde levert door flinke dauw slechts vijf vogels op, maar de volgende ineens 21 stuks. Bij de vangsten een terugvangst van een gekraagde roodstaart vrouw die we hier (ook al als adulte vrouw) ringden in 2011 en alleen één keer terug hebben gevangen eerder dit seizoen. Het blijkt gezien de overduidelijke broedplek een dame te zijn, maar dan wel met mannelijke trekjes. Er zit een duidelijke witte band op het voorhoofd en ook op de keel zit wazig en afgedekt door bruine veerranden het zwart dat we van mannetjes kennen.
De gehele ochtend is er trek van bosruiters die uit noordoostelijke richting over het glop komen vliegen, vaak laag. Tevens komt er af en toe een kruisbek over, één maal zie ik een groepje van zes exemplaren overvliegen; gaan we weer eens een kruisbekkenjaar krijgen?
Waren het gisteren nog grote afwezigen, vandaag hingen er regelmatig spotvogels in de nieuw opgezette netten. Vooral in sectie 4 vingen we eerst tegelijkertijd een adulte man en vrouw en in de ronde daarna op exact dezelfde plek twee jongen die de vleugels nog niet eens volgroeid hadden en dus na behandeling werden teruggebracht naar waar ze gevangen waren. Zo geschiedde ook met zo ongeveer een compleet gezin winterkoning. In drie rondjes terugbrengen van een piepjong hing er al een volgende...
Het valt ons nog meer dan in andere jaren op dat de vogels ontzettend veel luisvliegen hebben; er lijkt daarbij geen soortonderscheid te zijn alhoewel zanglijsters de kroon spannen.
De regen die was verwacht het eiland tegen 17.00 uur te bereiken arriveert al rond 10.00 uur. De vogels merkten het al want het was tijdens de ronde die snel werd gelopen al opmerkelijk rustig in de netten. De regen is gelukkig van korte duur en niet zwaar. In de loop van de ochtend passeert er nog wel een onweersbui het eiland maar die trekt keurig door het zeegat tussen Schier en Ameland. Tegen en in de avond spettert het af en toe nog even, voor de rest is het heel rustig, windstil maar broeierig weer. Zowel in de ochtend als in de middag wordt de tijd tussen de rondes langs de netten doorgebracht met maaien, snoeien en netten afschoren. Bij de avondvangsten zit nog een terugvangst van een man sijs, nu in zijn tweede kalenderjaar en vorig jaar alhier geringd op 4 oktober. Verder nog een zwartkop man teruggevangen die niet door het VRS blijkt te zijn geringd, hier al vier keer vaker is gevangen in het voorjaar van 2012 en dit jaar ook in Mei is gecontroleerd door Holmer Vonk. Onder genot van de klanken van het shantykoor dat in het dorp optreedt, schreeuwende badgasten op de bunker en gospelliederen uit de stallen van kampeerboerderij de Duinhoeve lopen we de laatste ronde die naast een Zanglijster verder alleen nog een paar Fitissen oplevert. De nacht is zomers zwoel maar zwaarbewolkt en windstil.
Henri Bouwmeester en Hanneke Huiskamp
Donderdag, 25 juli 2013
Ook mannen kunnen paaldansen.
De dag begon met een meteen al lekker zwoel aanvoelende temperatuur, met als gevolg dat alle struiken, grassen en riet ombogen van de dikke dauw. Weinig beweging bij de vogels dus. Toch een paar leuke verrassingen in de eerste ronde: in sectie 9 hing een eerstejaars nachtegaal en later aangekomen bij de vrijstaande netten bij het voormalige meteoveld werd het vermoeden bevestigd dat ik de gehele week al iedere avond had. Daar waren dus boerenzwaluwen in de struiken en het riet gaan zitten slapen. Bij het verlaten van de slaapplek waren twee exemplaren alsnog in een net beland, twee adulte
mannen nog wel. In dezelfde ronde komt er al een sperwervrouw laag over het gebied vliegen die wederom wordt weggebracht door de zwaluwen. Even later, net als in voorgaande dagen, het zeer herkenbare geluid van kruisbekken. Heel hoog komt er een groepje van negen exemplaren overvliegen vanuit het noordoosten, keurig doorvliegend naar zuidwest. Eveneens met enige regelmaat eenlingen of kleine groepjes tot zes stuks van witgatjes en bosruiters. Sommigen daarvan
even weifelend boven het glop, maar kennelijk hebben ze het al veel te snel door dat er beneden geen druppel water voor ze te vinden is en vliegen weer door.
De vangsten storten vandaag flink in. Het is dat de sloot met de kleine poeltjes nog blijft trekken, maar anders hadden we een heel rustig dagje gehad. Het wordt ook al op tijd zeer warm (voor deze noordelijkste plek van Nederland dan). we beleven wederom een warme dag met een minimum temperatuur van 17 en max van 26 graden, maar achter in de netopstelling bij het kale meteoveld en in sectie 4 is het niet te harden, zo heet. De schoonmakers van Schierglas zijn
vanmorgen met sneltreinvaart door het gebouw geraasd en hebben net de vangst van een sperwer gemist. De eerstvolgende ronde na hun vertrek hing er dus een tweedejaars man in het net om de hoek in sectie 2. dat wil zeggen, hij had zichzelf helemaal op slot gezet door net naast de netstok in het net te belanden en vervolgens om de stok heen te klappen. Na ringen, meten en veren weer in de plooi leggen kon de roekeloze roofvogel de ringtafel weer verlaten.
Een uurtje later zagen we tijdens de volgende ronde een vrouw havik uit de berkenbomen naast sectie 5 wegvliegen, wat een bak van een vogel, en zo te zien ook nog bulkend met een bomvolle krop. In een geknotte berk op het meteoveld vinden we nog een nestje met bijna vliegvlugge winterkoningen en zie ik een zanglijster van tak naar tak springen omdat'ie de vleugels en staart nog totaal niet volgroeid heeft en de vliegkunst dus nog niet eens machtig is. Het is hier net als in het binnenland eigenlijk een uitermate laat broedseizoen geworden, er zijn nog steeds broedsels actief. Ook de Turkse tortels rond het veldlab geven op een dusdanig actieve manier blijk van plannen tot gezinsvorming dat de vonken er af vliegen.
Minder flexibele soorten krijgen die gelegenheid niet; op het voormalige meteoveld zie ik deze morgen een groep van 41 spreeuwen foerageren op de zongeblakerde grasmat en daar loopt slechts één juveniele vogel bij, een wel heel slechte leeftijdsverhouding.
We krijgen aan het eind van de middag nog even bezoek van twee Zwitserse jongens van 13 jaar oud. Het blijken fanatieke vogelaars die hun soortjes al wel kennen. Ze hadden zich op het bezoekerscentrum gemeld met de mededeling dat ze in het bos bij het dorp boomklevers hadden gezien. Hier op het eiland wel een heel zeldzame waarneming, maar zeker niet onmogelijk. In de middag zijn ze na een half uurtje dan ook al weer snel weg nadat we ze hebben kunnen melden dat er een vorkstaartplevier op het eiland gezien was. 's avonds komt één van de knapen nog even kijken hoe de vangsten lopen en verlaat ons weer met de mededeling dat dit toch wel het allermooiste was van hun hele vakantie op het eiland...
In de late avonduren ontsteken we het licht van de nachtvlinderlamp nog weer eens nadat tijdens de laatste ronde langs de netten was gebleken dat er heel wat nachtvlinders actief waren geworden. Daarbij wilgenhoutrupsvlinder en populierenpijlstaart. In een kwartier tijd liep het laken massaal vol met vele soorten. Daarbij een forse toename van de aantallen peper-en-zoutvlinder en avondpauwoog. Verder niet echt nieuwe soorten voor deze week, maar indrukwekkend was het wel...
Henri Bouwmeester en Hanneke Huiskamp
Vrijdag 26 juli 2013
De vangsten storten al in, of ligt het aan het weer?.
De dag begon vandaag eens niet met zware dauw. Maar wel met ineens potdichte mist! Windstil weer en zicht van ongeveer 75 meter. Nou, dan weet je het wel: geen vogels. En inderdaad, de eerste ronde leverde twee vogels op. Vandaag voor het eerst geen overtrekkende kruisbekken, laat staan witgatten en/of bosruitertjes. Wel meteen veel onrust onder de zwaluwen als er weer een sperwer over het vanggebied raast. Even later zien we ook een havik-man laag boven het gebouw vliegen en in de derde ronde waarin de mist inmiddels volledig is opgetrokken wiekelt er een blauwe kiekendief over de wilgenbosjes achter sectie 5. Om 10:15 uur loop ik een ronde met ineens twee zanglijsters en vier merels en nog ander kleiner spul, vermoedelijk vluchtend voor een roofvogel de netten ingesjeesd.
Dat blijkt de volgende ronde wel want dan hangt er in de bossectie een sperwer-vrouw. Tijdens de sprint zie ik haar naar de hoek van het net klauteren en dat betekent maar één ding: snel grijpen! Dat lukt, maar daarmee geef ik de pittige dame alle gelegenheid om mij een pootje te geven. Wat zeg ik? Ze is zo ruimhartig dat ze me er twee geeft. Beide klauwen worden trappend en knijpend in mijn linker duim en wijsvinger gezet, om daarna niet meer los te laten maar juist te knijpen. Ik ben een minuut of vijf bezig om de teennagels uit mijn duim te buigen, maar dat lukt me maar niet. Probleem is vervolgens dat ik ook niet bij mijn telefoon in m'n broekzak kan komen want de andere hand heb ik nodig om de vogel vast te houden die inmiddels op kop en vleugels na uit het net is. Ik besluit om haar bij de hals heel even iets meer vrijheid te geven en dat werkt. Ze trekt beide klauwen los uit mijn handen en ik kan de vogel verder uit het net halen. Uit pure dankbaarheid geeft ze me echter opnieuw een pootje, en daar sta je dan weer.. maar goed, uiteindelijk is alles goed gekomen en mag ze de ringtafel bezoeken. Ze blijkt een tweedejaars vrouw te zijn met een mooi ruipatroon. We merken echter ook dat ze in haar linkermondhoek een gezwel heeft zitten dat er niet echt lekker uitziet. Ze zal toch niet het geel hebben? Het is bekend dat roofvogels dat van hun prooivogels kunnen overnemen. Ik ga foto's opsturen naar het Dutch Wildlife Health Centre, daar onderzoeken ze deze ziekte.
De dag verloopt deels zonnig, maar ook bewolkt en er passeren ook enkele buien die twee maal lichte regen laten vallen en wind voor zich uitstuwen. Dat leidt dus met grote regelmaat tot aanvulling van verdroogd blad dat door de bomen wordt afgeworpen. Als de temperaturen niet zo lekker waren zou je haast denken dat het al oktober is. Maar goed, het houdt ons lekker bezig naast het verder afschoren en 'fine tunen' van vooral de grofmazige netten van sectie 6.
De gehele dag blijft erg rustig met de vangsten. Het lijkt nu al behoorlijk terug te lopen, de lokale vogels van het Glop raken aan de permanente aanwezigheid van de netten gewend en het wachten zal zijn op de eerste postjuveniele en postnatale dispersie van vogels elders op het eiland en daarna de trekkers uit andere oorden. Die eer laten we aan onze opvolgers van de komende weken, voor ons zit het er morgen al weer op. Er moeten thuis weer een CES-project en twee ringmus-projecten gedraaid worden.
Henri Bouwmeester en Hanneke Huiskamp