Week 47
19 november 2007
Rode zon en rode ogen.
We hadden ons voorbereid op een koude, natte, kille, klamme dag, want de weersverwachtingen spraken over de eerste 'winterse ongemakken'. Wij zouden zo ongeveer als laatsten in het land aan de beurt zijn, maar dat alles bleef uit. Het vroor weliswaar bij het eerste daglicht, en er stond een zuidoosten-wind met kracht 4-5 bft, maar verder was het prima te doen. Het regen- en natte sneeuwfront schoof weliswaar tot vlak aan de waddenkust, maar lostte helemaal op op het moment dat het ons zou bereiken.
Betreffende de trek kunnen we kort zijn: die was er nie...! Het rallenbal was kennelijk als een nachtkaars uitgegaan en met de vangst van slechts enkele rallen kwamen wij van een koude kermis thuis. Toch zat er vandaag een leuke ral tussen. Een exemplaar uit 2003, geringd door Ulbe Rypma, nu voor de vierde maal terug gevangen (één keer in 2004 en daarna pas weer drie maal in 2007).
Het was dus erg rustig met de vangsten. De hoofdmoot bestond wederom uit merels maar vandaag pas echt vooral terugvangsten van voornamelijk achterblijvers. Echter: ook weer een paar merels met een andere status, en wederom vooral vrouwen. Bijvoorbeeld een merel-vrouw uit 2003 die daarna vier maal is teruggevangen, echter alleen in November in de jaren 2003, 2005 en 2007. Maar ook een sijs-man die ons nu voor het eerst na 31 Oktober 2005 weer met een bezoek vereerde. Als laatste nog een voorbeeld van een staartmees die op 19 mei van dit jaar als 'net uit het nest' te boek staat en vandaag al voor de 10e maal ons 'consultatiebureau' bezoekt.
In de middaguren gebeurd er eigenlijk niet veel bijzonders. Er vliegt nog wel een maal een havik-vrouw over het achterste deel van de opstelling, maar verder niks bijzonders eigenlijk. De avond begint met aan de horizon dezelfde rode gloed als de kleur van de ogen van de vogelsoort die letterlijk op de rand van de nacht de dag af zal sluiten...
In de avondrondes langs de rallenkooien vangen we nog één waterral en in de laatste ronde komt Peter terug met een... Juist ja, de derde RANSUIL van het seizoen! Wederom gevangen in een grofmazig net in de schapenweide. Tja, en als je dan alleen zo'n vogel uit het net moet halen heb je er je handen letterlijk vol aan en ziet zo'n uil toch al snel kans om een nagel in een vinger te planten. Je moet er wat voor over hebben om dit soort vogels te ringen...
Bij het loslaten naast het gebouw gaat de uil in de hoge berk bij de strandwagen zitten en volgt er een roepje in de lucht dat sterk doet denken aan een andere ransuil die reageert. Het roepje lijkt evengoed net zo veel op meerkoet, een onderwerp van gesprek onder vogelaars waar regelmatig over gediscussieerd wordt.
Groet, Henri Bouwmeester en Peter van Horsen
20 november 2007
we meten weer met grote maten...
Natuurmonumenten gaat vanaf vandaag de schapen weer in dit perceel weiden, dus wij moeten het hogerop zoeken. Na overleg met de medewerkers hebben we de netten in de schapenweide vanochtend hoger opgeschoven dan we normaal gewend zijn, zodat de schapen en pony's er onderdoor kunnen lopen. Er wordt voor volgend jaar gewerkt aan een oplossing voor het feit dat de schapen zich tot nu toe niet veel van de huidige afzetting aantrekken. Natuurmonumenten is gelukkig bereid daaraan mee te werken.
Er is weer lichte aankomst van koperwieken te bespeuren, maar dat is slechts van korte duur, de meeste vliegen door. In de eerste ronde vangen we slechts drie waterrallen (waarvan één voor ons in een net springt) en een geringde merel. Het is weer duidelijk te merken dat er heel wat ralletjes in het Glop vertoeven, en getuige de grotere plonzen in het water zijn er ook weer waterhoentjes bijgekomen. Daarvan zien we er enkele malen één over het pad spurten en vangen we er na de middag weer één in een kooi. De tweede ronde is een stuk beter, naast een viertal sijzen, een clubje koperwieken en natuurlijk weer merels ook een heggemus met een oude ring uit 2005. In de loop van de ochtend lopen we met extra netstokken naar sectie 6 om de netten hoger te kunnen plaatsen in verband met de schapen en pony's en zien vlak voor ons een houtsnip van de grond opvliegen. Als we bij de netten komen blijkt 'ie voor ons uit in sectie 7 te hangen... Ditmaal is het een mooi bruin exemplaar, i.t.t. de grijze van een paar dagen geleden.
De ronde van 13:30 uur loopt Peter alleen en hij komt terug met een buizerd. Het is een tweedejaars vogel in een blakende conditie en met een heel goed gewicht. Na het hoge water is er op het eiland ook genoeg te vinden voor aaseters als een buizerd. Toch trof Peter hem in het net aan met als prooi een alhier geringde merel. We hebben daar de gegevens van in de database opgezocht en het blijkt een mooi voorbeeld van predator-prooirelatie te zijn en illustratief voor de functie van opruimers die roofvogels hebben. Het blijkt namelijk een merel te zijn die 8 dagen geleden is geringd en daarna in opeenvolgende vangsten steeds meer in gewicht en vliegspier afgenomen is. Duidelijk een vogel die over z'n grenzen heeft moeten gaan en niet in staat is geweest om zich hier te herstellen. Daar vliegen er hier meer van rond, en ik heb het niet eerder meegemaakt dat ik zo'n hoog percentage vogels met oude sperwerwonden heb gevangen dan dit jaar. Ook vandaag is er in het Glop verhoogde sperwer-activiteit. Vanochtend vloog er weer een sperwer-vrouw tegen het net in de hoek van sectie 1 en 2, maar de sprint van Peter was net niet snel genoeg.
We blijven ondanks de verwachting dat het tegen een uur of half elf vanochtend wel langdurig zou gaan regenen vrijwel de hele dag daarvan verschoond. We pakken alleen een half uurtje lichte neerslag van de rand van het regenfront mee.
Peter is na de middag aan een rimboetocht begonnen en heeft de leiwieken van de kooien gecontroleerd en meer vrijgemaakt van begroeiing. We hebben namelijk de indruk dat de rallen over het gaas klimmen als daar twijgen of rietstengels tegenaan groeien. In het verleden heb ik dat zelf al eens tijdens de avondrondes zien gebeuren en dit jaar staat er extreem veel begroeiing langs de wieken. Of er een verband is weten we natuurlijk niet, maar gedurende de rest van de dag vangen we al 2 rallen in de kooi bij sectie 8, de kooi die al een week niks meer ving... In de avondrondes constateren we weer verhoogde activiteit van het rallenfront en horen we ook waterhoentjes in het riet.
Groet, Henri Bouwmeester en Peter van Horsen
21 november 2007
Is het aankomst of vertrek?
Het is een heel rustige nacht geweest met een zwak windje en droog weer. Gisteravond hoorden we al weer diverse geluiden zoals voorzichtige plonsjes, maar ook bommetjes in het riet en vingen nog een waterral net na middernacht. In de eerste ronde was er ook al meteen duidelijk verhoogde activiteit van de veroorzakers want we hadden in de kooien een waterhoen en 2 waterrallen zitten en vingen achteraan in het veld nog een waterral in het net. Er zijn tijdens de eerste ronde diverse soorten vogels boven het glop waar te nemen, enkele kepen, opnieuw een wolkje sijzen, meerdere koperwieken en ook komen er weer wat kramsvogels binnen. Op het pad van sectie 4 zit een potentiële nieuwe baansoort, een oeverpieper. De vogel vliegt keurig voor ons uit en volgt precies de netten. We hopen natuurlijk dat deze vogel dezelfde keuze maakt als de roerdomp van afgelopen Zaterdag en na het slaan van een haakse hoek in de netten beland, maar dat gebeurd niet. Later zien we de vogel triomfantelijk in de meetmast van het meteoveld gaan zitten. Ook lijkt er weer wat beweging te zijn onder de mezen, want we vangen vandaag zo ineens weer drie ongeringde pimpels en bij het gebouw zitten gedurende een zeer korte tijd een paar zwarte mezen.
Op de paden zijn de laatste dagen veel meer poepspetters van rallen te zien en ook op de stobbes van de struiken in het water zit poep. Kennelijk gaan ze daarop zitten slapen. We zien de rallen overdag regelmatig de paden oversteken en merken steeds vaker dat ze zitten te wroeten en foerageren in de oevers langs het pad. Verspreid over de dag komen er nog enkele in de netten gevangen rallen bij. 'S middags springen er twee tegelijk in de netten van sectie 0. Je komt dan even handen tekort, maar het is gelukt. Tussen de deelnemers van het rallenballetje van vandaag niet alleen opvallend kleine rallen, maar ook grote en voelbaar vette exemplaren waarvan er één met 164,1 gram de kroon spant. De lichtste van vandaag weegt 91,6 gram en dat is een eerstejaars vogel die aan het linkeroog blind is. Het is de eerste keer dat ik dit meemaak bij de inmiddels zo'n 400 waterrallen die ik geringd heb. Verder lijkt de vogel er niet echt hinder van te hebben, het gewicht is ook nog niet eens laag te noemen als je kijkt naar de biometrische maten van deze vogel.
We zien vanochtend in de hol gegroeide wilgenruïne rechts voor het veldlab een adulte, ongeringde sperwerman op de stronken gaan zitten, om daar z'n prooi op te peuzelen. Gedurende zo'n 20 minuten kunnen we door de in het gebouw opgestelde telescoop
het verwerken van z'n maaltijd volgen. Nadat ie is uitgegeten gaat Peter ter plaatse kijken of er etensresten te vinden zijn, maar treft haast niks aan. De prooi was dus kennelijk al ergens anders in de omgeving voorgeplukt.
We hebben vandaag rond het middaguur ook enige tijd een heel rustige regenbui gehad, maar hebben met extra netcontrole gewoon
door kunnen vangen. In de middaguren is het weer aan het opklaren en zijn er kennelijk weer wat nieuwe merels in het Glop aangekomen, want ineens vangen we weer ongeringde exempleren met vet en goed ontwikkelde vliegspieren in plaats van de bottenzakjes, of virtueel dode merels zoals Evert-Jan Rietbergen zou zeggen. Dat niet al die merels ten dode zijn opgeschreven begint het geval van een merel-vrouw te bewijzen die enige tijd voordat wij haar ringden fors door een sperwer te grazen was genomen, en daarna zienderogen in gewicht achteruit holde, maar vandaag na voor de 7e maal te zijn teruggevangen toch 3 gram was toegenomen. Ook de wond en de in hergroei verkerende veren zagen er inmiddels een stuk beter uit.
De duiker die het vangterrein van voldoende afwatering moet voorzien zit weer verstopt. We zitten in het vangterrein inmiddels met een toch wel net iets meer dan wenselijk hoge grondwaterstand en proberen de duiker dus maar weer eens met een lange buis vrij te porren. Dat lukt maar ten dele, maar er is inmiddels in ieder geval weer iets afstroming. In de avonduren is het bij de netten aanvankelijk weer licht rumoerig, maar vangen we pas vlak voor middernacht de eerste en enigste avondral voor vandaag. Morgen weer meer?
Groet, Henri Bouwmeester en Peter van Horsen
22 november 2007
Het was dus vertrek
We begonnen de dag met een prachtig rood opkomende zon. Gisteravond was er sprake van een beetje optrekkende grondmist in de polder en voelde alles in het vangterrein nogal klammig aan. Het resultaat was dat de eerste rondes langs de netten vandaag hoofdzakelijk bestonden uit het van de netten schudden van de vele dauwdruppels. Logischerwijs zaten er daardoor ook minder vogel in de netten, maar er was ook duidelijk minder activiteit in de lucht waarneembaar. Er vlogen wat kepen en een paar vinken rond en natuurlijk was het gebruikelijke groepje sijzen ook wel weer van de partij. We komen dus van een wat teleurstellende eerste ronde terug, maar hebben in de kooien wel meteen de eerste waterral zitten, een vogel die op 31 December vorig jaar geringd bleek te zijn en de volgende dag op 1 Januari nog weer eens is teruggevangen; daarna nu pas voor de eerste keer weer... In diezelfde ronde ook nog een vuurgoudhaantje die even later verder mag vliegen met 'lucky number' 777 op het eind van het ringnummer.
We zien nog weer een sperwer voor het gebouw langs komen vliegen en ook nog een havik-vrouw parallel aan sectie 2 dwars door het elzenbos scheuren met een prooi in haar poten. We horen duidelijk dat ze tijdens die torpedovlucht met haar vleugel tegen een tak tikt.
Na de middag nog een broodmagere merel teruggevangen met een onwaarschijnlijk gewicht van 66,7 gram. De vogel is tussen ringdatum en eerste terugvangst in 5 dagen tijd eerst aangekomen tot 91,2 gram maar daarna kelderde het gewicht (in 9 controles) naar het huidige lage aantal grammen. De vliegspier ziet er uit alsof er haast geen vlees meer op zit en de vogel gaat na het loslaten meteen op het weitje zitten pikken in het gras.
Ook nog een vink gevangen met een oude breuk op de linkerpoot en op de borst een grote plek met veren in hergroei en een oud wondje. Ondanks deze beperkingen (de vogel staat gewoon op z'n bovenbeen) weegt dit exemplaar toch nog meer dan de soortgenoot die op het zelfde moment naast hem in het net hangt.
We horen ze amper, maar van de barmsijzen vangen we vandaag een exemplaar van de grote barmsijs. Een overduidelijk exemplaar met ene grijzige indruk op de bovenzijde.
Tegen een uur of drie in dem iddag begint het vanuit het Zuidwesten flink te bewolken en vragen we ons af hoelang het nog droog zal blijven. Laat op de avond vallen echter pas de erste paar sputtertjes regen. Als we de dag afronden hebben we in de avondrondes nog weer 2 waterrallen in de kooien gevangen. Het valt op dat we de laatste 2 dagen van deze soort heel zware exemplaren vangen, met 164 gram hadden we gisteravond dan ook de zwaarste van het seizoen. Deze trend zet zich vandaag voort. Klaar voor vertrek????
Groet, Henri Bouwmeester en Peter van Horsen
23 november 2007
Inlopen of invliegen?
Er is vannacht al meer wind ontstaan nadat de laatste ronde van gisteravond net voor middernacht onder een bijna volledig heldere hemel met bijna volle maan gelopen werd. In de vroege ochtendschemer moet er een groep kramsvogels tussen de bomen door de schapenweide zijn gepasseerd want bij de eerste ronde treffen we er 2 aan in sectie 6 en het laatste net van sectie 7. Verder levert de eerste ronde beduidend meer op dan gisteren. De wind heeft duidelijk weer wat beweging onder de vogels veroorzaakt. We vangen ook een waterral terug die aanvankelijk voor mij uitloopt over het pad, vervolgens opspringt en in de tweede baan van een net terechtkomt. Is dat nou een inloper of een invlieger?
In de ochtend ook nog weer een vuurgoudhaantje en een sijs. De rest van het groepje sijzen wil vandaag niet verder naar beneden komen; we kunnen er gewoon onderdoor lopen als ze een meter of vijf boven ons in de elzentoppen zitten te foerageren.
De merels betreffen vrijwel allemaal de bekende recidivisten die met wisselende regelmaat de meet- en weegapparatuur van ons
consultatiebureau weer komen bezoeken, maar er zitten er ook weer een paar bij die nog ongeringd zijn en overwegend in goede
conditie verkeren. Ook een merel teruggevangen die hier op 24 Oktober geringd is, daarna 6 maal is teruggevangen en daarbij eerst 6 gram in gewicht afnam tot 88,9 gram, waarna de vogel opnieuw vet begon aan te leggen en nu maar liefst 115 gram weegt. Maar wat zal nou de status zijn van merels die we hier enkele jaren geleden hebben geringd en die we jaarlijks alleen gedurende een korte periode in november terugvangen, maar wel volop vet hebben aangelegd?
In de meeste gevallen neem je aan dat het vogels zijn die zich hier na elders te hebben gebroed nu in een winterterritorium vestigen, maar vogels met die status leggen meestal geen of slechts weinig vet aan.
We vangen nog een waterral terug die eind oktober is geringd en daarna eerst wat in gewicht daalt, maar gedurende de drie daarna volgende terugvangsten weer vet is gaan aanleggen en nu 144 gram weegt. Dit proces zagen we vorig jaar precies zo bij de Zweeds geringde waterral die we toen 6 maal terugvingen.
Peter ziet 's morgens tijdens een ronde langs de netten maar liefst drie Sperwers tegelijk en we zien voor het gebouw ook nog tot twee keer toe een sperwer-man achter een merel aan tussen de bomen door jakkeren.
Na de middag lopen de vangsten snel terug en wordt het ineens stilletjes in het Glop. De wind haalt echter gaandeweg de dag verder aan en zorgt er in combinatie met regelmatig doorbrekende zon voor dat de netten heel goed zichtbaar zijn.
Peter van Horsen vertrekt met de avondboot en kan terugkijken op een voor november zeer afwisselende week met toch wel heel
leuke soorten een aantallen. In de avondronde worden er geen waterrallen meer gevangen, maar zit er nog wel een waterhoen in één van de kooien.
Groet, Henri Bouwmeester en Peter van Horsen
24 november 2007
Weer een doublet.
De ochtend begon weer prachtig met in het oosten een feloranje horizon. Op het moment dat de zon boven de kim stond leek het elzenbos in brand te staan. De eerste ronde stelde enigszins teleur. Met buien op zee en een vogeltrekverwachting die op de Birdtam op 40% staat reken je toch onwillekeurig op meer merels dan je uiteindelijk in het terrein aantreft. Tijdens het lopen is er alleen wat lichte trek te merken van af en toe een klein groepje koperwieken en/of kramsvogels. In de schapenweide komt er nog een ijsgors overvliegen en twee Buizerds laten zich al heel vroeg boven het bos zien. In die eerste ronde toch wel weer twee ongeringde winterkoningen. De waterrallen stellen in de ochtenduren teleur. Er lijken er minder in het terrein aanwezig en vangsten blijven ook uit tot de ronde van 11:15 uur.
In het bos wordt een vink gevangen die alleen maar met één netdraadje in de spleet van de ring vastzit; het blijkt dus wel een exemplaar met een ring van elders te zijn en getuige de slijtage van de ring is de vogel ook al wel een paar jaar geleden geringd.
In diezelfde ronde gaat er heel even een havik-vrouw rustig op ene tak zitten in het elzen-/berkenbos. We kijken elkaar even van een afstand van zo'n 20 meter aan en met ene grote klap van de vleugel maakt de dame kenbaar dat zij er niet van gediend is nader met mij kennis te maken. Een paar uurtjes later tref ik in het centrum van de netopstelling naast een half dichtgeschoven net een afgekloven vleugel van een waterhoen aan met een kransje van veren er omheen en een poepstreep van ongever een halve meter er naast. Nou ja zeg, een havik moet hier midden tussen de netten een waterhoen hebben zitten opvreten en is er na even in het net te hebben gehangen vandoor gegaan. Ik kan in ieder geval geen andere conclusie dan deze trekken als ik deze sporen op een rij zet.
Vandaag ook weer een oude merel teruggevangen die sinds het jaar waarin ze in Oktober geringd en één keer gecontroleerd werd (2004) nog niet eerder was teruggevangen. Na de middag hangt er in het tweede net van sectie 1 weer zo'n blauwe draaihals... De negende IJSVOGEL van dit seizoen. Wederom een eerstejaars vrouw waarvan het gewicht van 40 gram zo hoog blijkt dat ik de instelling voor het maximum in de pc naar boven moet bijstellen. De stekelbaarsjes op het eiland zijn kennelijk goed vet dit jaar. Ik heb deze vogel een kleine schoonheidsbehandeling gegeven. De punt van de ondersnavel bleek namelijk heel iets te zijn scheefgegroeid. Door deze afwijking kan en zal de 'foute' ondersnavel sneller doorgroeien dan de bovensnavel en zal het de vogel belemmeren in het bemachtigen van prooi. Een misvorming als deze is prima te verhelpen door het snavelpuntje iets bij te vijlen met een nagelvijltje. Zo heeft de vogel toch baat bij het door ons veroorzaakte kortstondige ongemak. Net als ik alles aan de vogel heb gemeten slaan de stoppen in het gebouw er door en zitten we zonder stroom. Na de boel hersteld te hebben en de pc weer te hebben opgestart blijken, zoals verwacht, de gegevens van de Ijsvogel weg te zijn. Dan ben je blij dat je de vogel nog in de hand hebt...
Bij de volgende ronde merk ik dat er allemaal rook van het erf van de boer aan de overkant van ons vangterrein komt. Al snel zie ik twee brandweerwagens arriveren. De boer blijkt een brandje te hebben in één van z'n schuren. Of er verband is met de stroomstoring in het veldlab weet ik niet, maar het ligt wel voor de hand.
Aan het eind van de middag begint de wind zoals voorspeld flink toe te nemen. Om goed voorbereid te zijn op de voorspelde windkracht 8 bft besluit ik in de voorlaatste ronde de netten van sectie 6 te sluiten. Als ik daar ook in het bos mee bezig ben knalt er twee netten verderop een sperwer in één van de netten. Hij heeft een koperwiek bij zich die blij mag zijn dat het net hem van een spoedige dood redde want de sperwer had hem nog maar net in z'n poten. Ik besluit de sperwer onmiddellijk in een vogelzak te stoppen omdat er ook nog ene paar merels in de netten hangen. Even later zou dat een wijs besluit blijken te zijn want er knalt vlak voor mij ook nog ene sperwer-vrouw in het grofmazige net dat in het bos staat. Goh, een dag afsluiten met 2 sperwers in één ronde is bepaald niet verkeerd!
's Avonds passeert er een stevig regenfront met harde tot stormachtige wind. In de laatste ronde wordt er toch nog een waterral in één van de kooien gevangen. De wind is dan inmiddels al flink in kracht geminderd en de zaklamp kan dan ook al uitblijven omdat de volle maan weer in vol ornaat achter de wolken tevoorschijn is gekomen.
Groet, Henri Bouwmeester
25 november 2007
Meer buien, meer wind, meer merels.
Zoals men dan zegt: een dag om snel te vergeten ! Nou ja, snel... Er gebeurden heus nog wel een paar opmerkelijke dingen: het was voorspeld, harde wind, buien in de vorm van regen en hagel. Dat alles kregen we, al viel de hagel erg mee, slechts één keer een kort tempex-effect. In de eerste ronde vloog op een meter of 10 voor me eens sperwer-vrouw met prooi paralel langs de netten over het pad. Net voorbij het Ebelbruggetje maakte ze een beoordeelingsfout en vloog in het grofmazige net. Als je dan ziet dat zo'n vogel meteen mooi naar beneden in het net zakt hoef je eigenlijk al helemaal niet meer te sprinten. Het bleek de sperwer-vrouw van gisteren te zijn en de prooi: dezelfde koperwiek die ze gisteren had geklauwd!!!! Die kwam gisteren ogenschijnlijk in redelijke toestand weg, maar nu had ze dezelfde vogel nog weer in het gebied weten terug te vinden en gegrepen. Verder in die ronde een adulte spreeuw gevangen waarbij nu al bijna alle witte stippen op de borst en buik afgesleten waren.
Er zaten vandaag weer wat meer merels in het vangterrein. Maar ja, wat wil je; het was gewoon weer kl..eweer en dan zijn ze er wel! Bij de ongeringde merels van vandaag een exemplaar waarbij ik weer moest terugdenken aan die met dat stokje dwars door z'n lijf die enige jaren geleden door wijlen Anton Conings werd gevangen. Nu had ik er één die een takje in z'n keel had zitten dat aan één kant voor ongeveer een halve centimeter uit de keelzak naar buiten stak. Het weefsel eromheen was helemaal hersteld en ik besloot om er maar niks aan te doen om te voorkomen dat de boel weer aan het bloeden zou gaan en/of de luchtpijp beschadigd zou raken. De vogel was verder in prima conditie en leek er geen hinder van te ondervinden. Tja, je maakt wat mee als vogel... en als ringer! Ik heb nog niet eerder in de 15 jaar dat ik hier nu meegelopen en/of geringd heb zoveel vogels met verwondingen van onvrijwillige contacten met predatoren meegemaakt. Het blijft indrukwekkend hoeveel kracht deze aan de dood ontsnapte vogels weten te vinden om van zo'n avontuur te herstellen.
Bij de terugvangsten een vink van eind november vorig jaar; daarna niet eerder dan vandaag teruggevangen. Maar ook een merel van begin juni dit jaar die ook nu voor het eerst teruggevangen is.
De rallen liepen vandaag weer aan alle kanten door het terrein en over de paden. Op die manier sprongen er tijdens het lopen van de (door de buiigheid vele) rondes drie van de zeven vandaag gevangen rallen in de netten. De verhouding inlopers / invliegers ligt door de hoge waterstand momenteel echt hoger dan normaal. De onderste banen van de netten staan overigens niet lager dan ik normaalgesproken gewend ben om ze te zetten. Twee van de vier inloopkooien zijn inzwemkooien geworden waar de rallen al ongeveer een week over de geleidewieken kunnen zwemmen of met een klein stapje kunnen klauteren. In de loop van de middag nemen de buien in frequentie toe maar tegen de schemer blijft het langer droog maar begint de wind juist toe te nemen en staat er een stevige Noordwestenwind van 7 beaufort de nodige bladeren, elzenproppen en takjes de netten in te blazen. Ik was al even bang dat die er niet meer waren... Als er morgen geen vogels zijn hebben we dus in ieder geval IETS te doen...
Groet, Henri Bouwmeester en ouders